Vertaal
Naar andere talen: • influir en > ENinfluir en > FRinfluir en > NL
Vertalingen influir en ES>DE
influir en (ww.) anrühren (ww.) ; ansprechen (ww.) ; beeinflußen (ww.) ; rühren (ww.) ; steuern (ww.) ; treffen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `influir en`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: adoptar
ES: afectar
ES: conmover
ES: influenciar
ES: tener suerte